Amfibiën

Houten dieren en figuren, amfibieën

Amfibieën zijn dieren met een naakte, gladde huid. De meest bekende amfibieën zijn kikkers, padden en salamanders.
De amfibieën zijn bijzonder doordat ze zowel op het water als op het land kunnen overleven. Dit komt doordat ze geen longen maar kieuwen hebben, waardoor ze onder water kunnen ademen, terwijl ze ook poten hebben, waarmee ze zich op het land kunnen verplaatsen.
De huid is meestal niet waterdicht en zuurstof doorlatend. Eén keer in de zoveel tijd moeten ze vervellen. Dit kost de dieren veel energie en is erg moeilijk. Verder hebben ze sterke spieren, waardoor ze snel kunnen zwemmen, kronkelende bewegingen kunnen maken en lange afstanden kunnen afleggen.
Amfibieën planten zich voort door het leggen van eieren. Dit zijn er vaak heel veel in één keer. Nadat de eitjes uitkomen, zijn de larven op zichzelf aangewezen om eten te zoeken. Veel van de larven groeien dan ook niet uit tot volwassenen. Wist je dat er ook amfibieën die zichzelf kunnen bevruchten, zonder tussenkomst van een partner?

Waar komt de naam amfibie vandaan?

De naam amfibie is afgeleid van het Griekse amphí-bios, wat "dubbel-levend" betekent. Dit verwijst naar de levenswijze van amfibieën: ze kunnen zowel in het water als op het land overleven. 

Tot de amfibieën worden kikkers, padden en salamanders gerekend. De meeste amfibieën komen trouwens voor in tropische gebieden.